Wat is de Matthäus-Passion?

maart 2024, tekst: Luc den Bakker, artikel

Ook als je weinig op hebt met klassieke muziek, zal de jaarlijkse uitvoering van de Matthäus-Passion rond Pasen je niet snel ontgaan. Voor zowel de beginnende leek als de trouwe bezoeker delen we meer over het verhaal en geven we luistertips mee!

Pasen is de tijd van de Matthäus-Passion. Het verhaal van de laatste dagen van Jezus, meestal in de bekende uitvoering van J.S. Bach. Er bestaat in ons land een rijke traditie van uitvoeringen van de Mattheuspassie. Iedereen wil zien en gezien worden in de Grote kerk van Naarden en amateurkoren uit heel het land leven naar de passietijd toe.

We lijken er met z'n allen geen genoeg van te krijgen. Het verhaal van de passie wordt steeds weer opnieuw en op andere manieren verteld, en zeker niet alleen voor gelovigen. Mensen met allerlei levensovertuigingen worden gegrepen door de zeggingskracht van het verhaal.

Misschien heb je onderhand zó veel over de Matthäus-Passion gehoord, dat je overweegt om eens een uitvoering bij te wonen. Of je bent al jarenlang een trouwe bezoeker, maar wilt wel eens meer te weten komen over het verhaal erachter. Wat hoor je precies? Waar kan je op letten? Hoe haal je het meeste uit je luisterervaring? In dit artikel geven we je wat tips en handvatten mee!

Wat is een passie?

Kort gezegd: een passie vertelt het verhaal van Jezus’ dood. Het begint bij het verraad van Judas en neemt ons mee langs voor velen bekende taferelen als het laatste avondmaal, de olijfberg en de kraaiende haan. Het eindigt als Jezus sterft, op goede vrijdag. In een passie komt de wederopstanding van Jezus niet voor.

Bach was verre van de eerste componist om dit verhaal op muziek te zetten; passiespelen hebben een lange geschiedenis. Vooral in het Lutherse Noord-Duitsland ontwikkelde de vorm zich. Dat komt omdat het volgens de Lutheranen belangrijk is dat iedereen de Bijbelverhalen kent. Geen latijn, geen ingewikkelde composities met zoveel stemmen dat er geen touw aan vast te knopen is. Alles moest in landstaal, voor iedereen te verstaan en te begrijpen. De componist brengt middels muziek het verhaal voor alle gelovigen tot leven.

En die insteek is nog altijd goed te merken. Vandaar luistertip nr. 1: Neem een uitdraai van de originele tekst en de Nederlandse vertaling mee. Met tekst bij de hand is het vrij makkelijk om te volgen wat zich in het verhaal afspeelt en dat maakt de luisterervaring zoveel rijker. Hier is deze compositie tenslotte voor bedoeld.

Wat ga ik zien en horen?

Een passie is een oratorium. Een oratorium is een soort hoorspel dat van begin tot einde op muziek is gezet. Verschillende zangers vertolken de diverse rollen in het verhaal, in dit geval Jezus, Petrus, Judas, Pilates, enz. Er zijn ook koren, zij vertegenwoordigen soms het volk, soms de discipelen.

Een bijzondere rol is weggelegd voor de Evangelist. Hij komt niet als karakter in het verhaal voor, maar vertelt ons wat er gaande is. “Jezus en zijn discipelen kwamen aan bij de Olijfberg”, “Pilates waste zijn handen”, op die manier.

Daarin verschilt een oratorium van een opera. De zangers vertolken verschillende rollen, maar ze zijn niet verkleed, acteren niet en hebben geen decor achter zich. Alles gebeurt uitsluitend in tekst en muziek. Dat is meteen de kracht van deze kunstvorm: Het is geen spektakel, het is een meditatief moment, een gelegenheid tot introspectie.

Luistertip nr. 2 luidt: geniet tijdens de voorstelling ook eens af en toe met je ogen dicht. Het verhaal speelt zich niet voor je af, het speelt zich af in je hoofd.

Uitvoering van de Mattheus in de Grote Kerk van Naarden

Hoe steekt de muziek in elkaar?

Structureel bestaat een passie uit drie elkaar afwisselende componenten. Dit zijn recitatieven, aria’s en koralen. Als je eenmaal weet waar je op moet letten, zijn ze makkelijk te herkennen. Dat geeft houvast bij het luisteren.

Elk van deze componenten dient een andere rol:

  • Recitatieven stuwen het verhaal voort. De melodieën van recitatieven zijn vaak wat eentonig en de instrumentatie is gering. Meestal is hier de Evangelist aan het woord. Hij citeert de Bijbel letterlijk en vertelt – vrij rechttoe, rechtaan – wat zich in het verhaal afspeelt;
  • Aria’s zetten het verhaal juist even stil. Een of meerdere solisten zingen een prachtige, virtuoze melodie met daaronder een rijke instrumentatie. De tekst is meestal geen Bijbelcitaat maar het werk van een tijdgenoot van de componist. Het is een interpretatie van het verhaal. De teksten in aria’s bevatten veel herhaling waar een haast meditatieve werking vanuit gaat. Als publiek worden we uitgenodigd om stil te staan bij de emotionele lading daarachter;
  • Koralen zijn statige gedragen melodieën gezongen door het koor. Ze vertegenwoordigen niet het perspectief van een karakter binnen het verhaal; ze vertegenwoordigen ons, de toeschouwer. We staan niet meer stil bij de overweldigende emoties van het narratief, zoals bij de aria’s, maar bij de diepere waarheid daarachter.

Alle drie deze componenten spelen een onmisbare rol binnen het geheel. Juist de afwisseling maakt de luisterervaring tot wat het is. Als je het verschil tussen de recitatieven, aria’s en koralen herkent, begrijp je ook meteen wat de muziek op dat moment van je wilt.

Laat de puristen dit niet horen, maar als je van tevoren wilt inluisteren is het absoluut geen schande om selectief te zijn. Luistertip nr. 3 is: pak wat hoogtepunten, je favoriete aria’s en koralen, en draai ze lekker grijs (of gebruik daarvoor een selectie die iemand anders al heeft gemaakt). Juist die kippenvel-momentjes worden extra kippenvellerig als je ze goed kent. Het verhaal eromheen komt bij de live-uitvoering wel.


De stijl van de muziek

Met voorgaand stukje hopen we je al aardig op weg te hebben geholpen richting je optimale Matthäus-Passion live-ervaring. Er valt natuurlijk nog veel meer over te vertellen. Wil je verder de diepte in? Laten we dan beginnen met de stijl van de muziek.

Johann Sebastian Bach was een componist die leefde van 1685 tot 1750. De muzikale stijl van die tijd heet de barok. Er is daarom een gerede kans dat, als je straks in de zaal zit, er een barokorkest voor je neus staat. (Dat hóeft niet zo te zijn, er zijn allerlei spannende arrangementen in omloop, maar in dit introductietekstje gaan we er gemakshalve even van uit).

Een barokorkest dus. Als je een beetje bekend bent met een symfonieorkest zul je direct een aantal verschillen merken. Zo is een barokorkest veel kleiner. Veel instrumenten in het orkest zien er nét anders uit en sommige zelfs heel anders. Luiten, viola da gamba’s, klavecimbels… En instrumenten die hetzelfde lijken, zoals violen, zijn toch stiekem anders. Ze hebben snaren gemaakt van schapendarmen in plaats van kunststof en lichte, gebogen strijkstokken. Reken maar dat dit een heel ander geluid geeft! Voor wie het leuk vindt: op dit YouTube-kanaal worden verschillende barokinstrumenten voorgesteld.

Ook de stijl van componeren in de barok was anders dan we nu misschien gewend zijn. De muziek probeert je niet te overdonderen. Het is niet muziek die je tegen wil en dank meevoert. In plaats daarvan toont de muziek je prachtige melodieën, verrassende harmonieën, ingenieuze muzikale constructies. Vanaf daar is het aan jou.

Luistertip nr. 4 is misschien makkelijker gezegd dan gedaan, maar toch het proberen waard: zorg dat je ontspannen in de zaal zit. Met een leeg hoofd wordt de luisterervaring echt veel mooier. Hoe? Nou, drink geen drie liter espresso van tevoren, plan geen enge tandartsafspraak in direct na afloop – dat soort dingen. Waar mogelijk, uiteraard.

Voorbeeld van een barokorkest: Vox Luminis

Waarom de versie van ‘Mattheus’?

Goed, wat “Passion” betekent hebben we nu wel gezien, maar hoe zit het met “Matthäus”? Waarom zit die naam in de titel?

Het levensverhaal van Jezus wordt in de Bijbel vier keer verteld. Die vier versies, evangeliën genaamd, zijn toegeschreven aan vier verschillende schrijvers: Mattheus, Marcus, Lucas en Johannes. Hoewel de verhalen in grote lijnen overeenkomen, tonen ze interessante verschillen. Zo ook in hun omschrijvingen van Jezus’ kruisiging.

Bijvoorbeeld, in het passieverhaal van Marcus – het oudste en kortste evangelie van de vier – zegt Jezus heel weinig. Aan het eind roept hij, vertwijfeld, “Mijn god, waarom hebt u mij verlaten?”. Zijn menselijkheid en zijn lijden staan centraal. In Lucas daarentegen lijkt Jezus de regie volledig in eigen hand te hebben. “Ik verzeker je: nog vandaag zul je met mij in het paradijs zijn”, zegt hij tegen de gekruisigde dief naast hem, en vervolgens, berustend, “Vader, in uw handen leg ik mijn geest.”

Bach kiest ervoor om de versie van Mattheus op muziek te zetten. Waarom juist Mattheus? Nou, vergeleken bij Marcus en Lucas houdt Mattheus in dit opzicht het midden. Net als in Marcus staat het menselijke lijden centraal. Jezus schreeuwt diezelfde pijnlijke zin uit, “Mijn god, waarom hebt u mij verlaten?”. Net als in Lucas echter suggereert de tekst dat hij, als zoon van God, wel weet waar hij mee bezig is. Aan de hand van deze evangelie kon Bach het lijden van Jezus centraal stellen en tegelijk aandacht besteden aan de diepere reden daarachter.

En Johannes, het laatst geschreven evangelie en meest afwijkend van de vier? Die is óók door Bach op muziek gezet, en ook vreselijk mooi. Het is heel bijzonder om ze naast elkaar te beluisteren, Mattheus en Johannes. Je kunt goed horen hoe de esoterische, filosofische Johannes tot heel andere muziek leidt dan de biografische, menselijke Mattheus.

Klinkt dit alles je wel heel theologisch in de oren en ben je iemand die daar een beetje op afknapt? Geen zorgen, een uitvoering van de Matthäus-Passion is absoluut geen kerkdienst. Een groot deel van het publiek is hartstikke seculier. Mensen met verschillende levensovertuigingen worden allemaal gegrepen door de kracht van deze compositie.

De geschiedenis van het Passie-genre

Het concept van een Passion is niet door Bach bedacht. Zijn compositie staat in een lange, rijke traditie, vooral groot geworden in de Lutherse, Duitstalige gebieden. In Amare doen we graag recht aan de volle omvang van dit genre en staan er regelmatig uitvoeringen van andere passies op de planken. Bijvoorbeeld die van Heinrich Rolle of Johann Sebastiani. Wie alleen naar deze composities luistert als ‘voorgangers van’ doet ze tekort. Dit zijn fenomenale werken in hun eigen recht.

Daarom luistertip nr. 5: Bezoek ook eens een andere passie dan die van Bach. Het verhaal heeft ontelbaar veel lagen en in elke interpretatie is iets nieuws te ontdekken!

Na de dood van Bach raakten zijn composities in de vergetelheid, inclusief zijn Matthäus-Passion. Tot de vroege 19de eeuw. Componist Felix Mendelssohn herontdekte het werk en zette zich ijverig in voor uitvoeringen. Daarbij arrangeerde hij de muziek grondig om aan de smaak van zijn tijd te voldoen. Tegenwoordig doen we dat liever niet meer. Toch moet het gezegd, veel van de populariteit die de Matthäus nu heeft hebben we aan Mendelssohn te danken.

In de 20ste eeuw begon een nieuwe beweging binnen de muziek, de authentieke uitvoeringspraktijk.  Deze beweging bepleitte om muziek uit te voeren zoals het in de tijd van de componist geklonken heeft. Oude instrumenten werden nagebouwd en musicologen onderzochten oorspronkelijke handschriften. Zo begon, als reactie op de romantische versies van de Matthäus-Passion door het Concertgebouworkest, een traditie van authentieke uitvoeringen door de Nederlandse Bachvereniging in de Grote Kerk in Naarden. Deze jaarlijkse uitvoeringen gelden nog altijd als toonaangevend.

In de 19de- en begin 20ste-eeuw is de passie als genre voor componisten uit zwang geraakt. Opvallend genoeg heeft het in de tweede helft van de vorige eeuw een heropleving doorgemaakt. In 1966 schreef Penderecki (Polen) zijn Lukas-Passion, Pärt (Estland) pende in 1982 Passio en MacMillan (Schotland) componeerde in 2007 zijn St. John Passion, om wat voorbeelden te noemen. In 2000 herdacht de Internationale Bachakademie Stuttgart de 250ste sterfdag van Bach op een bijzondere manier. Er werden compositieopdrachten uitgevaardigd voor vier nieuwe passies, één per evangelie. De gekozen componisten vormen een brede afspiegeling van de klassieke muziek van deze tijd. De Duitser Wolfgang Rihm – ooit ambieerde hij het priesterschap maar is nu agnost – schreef een neoromantische Passus Deus op het evangelie van Lukas. De Argentijns-Joodse Osvaldo Golijov doorspekte zijn La Pasión según San Marcos met Latijns-Amerikaanse en Joodse volksmuziek. Tan Dun, oorspronkelijk afkomstig uit China, combineert in zijn Water Passion after St. Matthew het christelijke verhaal met Boeddhistische ideeën. En Sofia Goebaidoelina, opgevoed in de Russisch-Orthodoxe traditie waarin juist Pasen een belangrijke rol speelt, voegt aan haar St. Johns Passion ook een St. Johns Easter – de wederopstanding – toe. De passie is een wereldwijd fenomeen geworden.

Het fenomeen is ook buiten de oevers van het genre getreden. In de jaren ’70 schreven Tim Rice en Andrew Lloyd Webber een populaire rockopera over de kruisiging. Gebaseerd op alle evangeliën tegelijk onderscheidt deze passie zich door de centrale rollen die worden toebedeeld aan Judas en Maria Magdalena. We hebben het natuurlijk over Jesus Christ Superstar. En dan is er nog The Passion, het populaire jaarlijkse televisieprogramma van de EO en KRO-NCRV.

Ook in onze ontkerkelijkte samenleving, of misschien juist daardoor, is er duidelijk animo om het verhaal steeds weer, en op nieuwe manieren, te vertellen.

De Matthäus Passion in Amare

Matthäus Passion

Residentie Orkest & Nederlands Kamerkoor

za 30 mrt ’24 / 19:00 - 22:10

Matthäus Passion

Koninklijke Zangvereniging Excelsior

zo 24 mrt ’24 / 14:30 - 18:00

Mattheus volgens Sebastiani

Vox Luminis / Lionel Meunier

zo 17 mrt ’24 / 15:00 - 17:00

Meer Amare Stories